De Paaswake hebben wij gezongen in Alde Steeg, en in de Corneliuskerk
in Beuningen.
hieronder de overwegingen van de beide vieringen.
Alde Steeg
Paaswake 2003.
Overweging.
Deze
week in het zwembad.
Grote mensen trokken hun baantjes.
Aan
de rand van het zwembad een knulletje. Het jongetje was bang.
Zijn vader lag in het diepe
en daagde hem uit de sprong te wagen.
Er
gaapte een kloof tussen die kleine jongen en zijn vader. Diep water is donker_.
. .
en angst heeft grote armen. . .
Wie bang is, wil opgevangen worden,
woorden horen, die vertrouwen wekken, armen voelen, die veilig stellen.
Het knulletje rende op en neer in zijn angst. Het huilde... .en dat sneed door
mijn ziel.
Tegen
angst kun je je niet wapenen,
zelfs niet met een pantser of wapens. Als de grond onder je wegvalt, is er
paniek.
Bij een aardbeving rennen mensen hun huis uit. Het
verhaal van deze avond zegt: "De wachters beefden van angst en werden
lijkbleek",
Niet alleen de aarde beeft,
ook
de wachters bij het graf, de soldaten, beven en bibberen van angst.
Er
staat niet,
dat de twee Maria's bang waren.
Ze waren gekomen met leegte in hun binnenste, ze
hoefden niets te verdedigen.
Ergens anders staat geschreven, dat ze balsem bij zich hadden:
een
zoete geur tegen de stank van de dood.
De
aarde beefde, de wachters beven.. ..
En er komt een engel, zo,'n bode uit de hemel, die afstand
overbrugt.
"U hoeft niet bang te zijn ",
zegt
hij,
alsof hij weet, wat er gaande is aan de kant van de diepte.
Wie
bang is, zoekt een uitweg of houvast, -links en rechts- ongedurig;
-het jongetje rende op een neer langs het diepe zwembad-. "Ik Weet",
zegt de engel van het paasverhaal: "Jullie
hoeven niet bang te zijn ".
De engel vangt op:
Hun gemis, hun onrust, hun verdriet, hun zoeken. Hij ontwapent en ontspant...
En
kijkt met hen in de diepte van het lege graf Hij is bij hen,
Een engel die vertrouwd is met de menselijke angst,
geruststellend.. .
Niemand
van ons kan over de dood heen kijken.
In de diepte van het graf van onze dierbaren staren we in het donker.
Niemand weet, waar onze doden zijn: we missen hen
Soms zien we hen terug in onze dromen~
als we even ons verdriet los durven te laten.
"Jij
hoeft niet bang te zijn ", zegt de engel bij het graf, die bode van de
andere wereld,
die
weet en vertrouwen uitstraalt. . .
als
we gevangen zitten in angst,
in een wirwar van gevoeIens en gedachten?
We moeten het wel durven,
dat jongetje in het zwembad en wij, die met de dood geen raad weten.
Toen
het joodse volk gedeporteerd was, weggevoerd van hun vertrouwde grond,
ontheemd daar in den vreemde. . .
vértwijfeld of ze er ooit nog uit zouden komen, toen begon er iemand een
verhaal te vertellen, van licht in het donker
Zo klonk het oude bevrijdingsverhaal,
dat wij gehoord hebben het verhaal
van het begin. . . en hebt U gezien,
dat Komore op bl.8 een tekening heeft afgedrukt
van
een grote hand, die een mens draagt. .. in en onder water? Zo worden
wij opgevangen, gedragen, als wij ons durven toevertrouwen.. .:
"Jouw naam staat geschreven in de
palm van Gods Hand",
'Je
hoeft niet bang te zijn´
zegt de Engel.
En als een echo van zijn hele bestaan, zegt Jezus in hetzelfde verhaal,
dat wij vanavond hoorden: "wees niet bang!
toen Hij op de aarde rondliep.
Tegen een blinde
die tegen
de grote stroom in schreeuwde om uitzicht,
of tegen een vrouw,
en tegen zo veel anderen:
"Je vertrouwen heeft je gered
Ons verhaal zegt vanavond:
nu, .. .na zijn dood... .zien ze Hem weer..
Was het een droom. .. .of meer dan dat?
"Wees niet bang!" horen ze Hem zeggen.
Wees niet bang!....Ik weet het
en...Ik zal je opvangen
"Jouw Naam en jouw bestaan
staan in Gods Hand".
Kunnen
en
durven
we
het te
geloven?
Ik hoop het ZALIG PASEN.
Paasoverweging 2003 Corneliuskerk.
Paaswens
(Een symbiose)
Kort geleden schreef
iemand dat de dood
Het komt me voor dat de dood een probleem van alle tijden is geweest
en we mogen betwijfelen of een psycholoog aan dat probleem iets kan doen
Het is een vast onderdeel van het nieuws, elke week en elke dag, zoveel doden
hier en zoveel doden daar en hoe het zo gekomen is.
Daarmee houden al die verhalen verder op, want een vervolgverhaal is er niet
Omdat het vandaag feest is nemen we dus maar niet de krant om er uit te putten
maar kijken of er niet weer iets bemoedigends uit het evangelie valt te putten.
Het vertelt ook wel over dood,
maar het verhaal eindigt niet met kerkhof of crematorium.
Op een feest praat
je niet over dood.
Op een verjaardag b.v. zwijgen we erover,
ook al zou je het eigenlijk.alleen maar moeten betreuren dat je weer een jaartje
dichter bij het einde bent gekomen.
Maar over paasfeest is onmogelijk iets feestelijks te zeggen zonder er toch ook
de dood
in te betrekken,
want Pasen vertelt over leven niet ondanks de dood maar juist door de dood heen.
Lijden dood en leven staan er broederlijk naast elkaar.
Een symbiose, het onverenigbare verenigd.
Dood en leven lijken
niet met elkaar te verzoenen.
Er zijn ook altijd mensen geweest die de dood als onherroepelijk beschouwden.
Toch leefde er zelfs bij de alleroudste volkeren
zoiets als de verwachting van een voortbestaan na de dood.
Het was die verwachting die de Egyptenaren
hun piramiden deed bouwen.
Waarom?
Hoe
komt de mens daartoe?
Omdat in het leven van elke mens de vraag op komt naar goed en kwaad:
Het kán toch niet om het even zijn of men goed of slecht geleefd heeft.
Maar waar en door
wie
wordt dan dat onderscheid gemaakt tussen goed en kwaad?
Hier in ons bestaan, klaarblijkelijk niet.
Met deze vraag worstelde ook de vrome jood in het O. T.
Het leven in onze wereld geeft geen antwoord op die vraag.
Want de slechte gaat het vaak voor de wind,
terwijl de goede en trouwe mens vaak getroffen wordt door tegenslag dood lijden
en ellende.
Op veel geheimen van de natuur hebben we een antwoord en wéten we meer dan onze
voorouders
Maar met dat weten zijn we er niet.
In elk mensenleven doemen vragen op die daar bovenuit gaan:
Waar komt alles vandaan.. waartoe dient het leven,
Waar gaat alles naar toe.
Er zijn vragen over liefde en haar,
schuld en onschuld, dood en leven.
Die vragen zijn er
ook voor degene die niet in God ge1ooft.
Ook hij voert na de dood geen kadaver weg,
maar maakt een graf om er zijn Lenin, zijn Stalin of zijn Picasso te vereren.
Er blijft een vaag vermoeden hangen, dat er meer is dan de dood. Op zich geeft
een vaag vermoeden
echter weinig hoop en weinig troost.
Zo was het ook voor die eerste christenen. Verslagen zaten ze bijeen gekropen.
Het kón niet waar zijn dat Jezus er niet meer was.
Van de andere kant stonden ze voor dat harde feit.
Dan komen plotseling die vrouwen vertellen dat het graf leeg is en dat ze
Christus hebben gezien
ofschoon ze Hem eerst voor de tuinman aanzagen.
Typisch:
Eerst zien ze de leegte, dan zien ze een onbekende medemens en dan ontstaat
geloof.
Wat later komen de Emmausgangers terug
en stilaan komt de een na de ander tot de ontdekking: Jezus, die gestorven was,
Hij lééftt
Zijn leven is kennelijk anders dan drie dagen tevoren,
want ze hebben er zelfs moeite mee Hem te herkennen.
Ze herkennen Hem
niet aan zijn uiterlijk,
maar aan zijn manier van spreken en handelen.
Wat dat voor vreugde heeft teweeg gebracht kan alleen begrepen worden door
degenen die de verslagenheid heeft meegemaakt
die er heerste na die Witte Donderdag en Goede Vrijdag.
Alleen wie nagedacht heeft over Christus dood kan iets begrijpen van zijn leven,
van het leven.
Het vage vermoeden van de apostelen wordt dan tot vreugdevolle zekerheid
Nu weten ze het zeker, nog sterker: nu geloven ze.
Ook daarna blijven
er mensen die niet geloven, zelfs tegen beter weten in.
Misschien hebben wij nog een hele weg naar Emmaus nodig voor ons gelovig inzien,
misschien behoren we tot de familie van de ongelovige Thomas, tot de laatsten
die er aan toe komen.
Waarom vandaag hier
samen?
Misschien om eerst bij onszelf de leegte te ontdekken, zoals die vrouwen bij het
graf.
Misschien menen we daarna de tuinman.te zien., een onbekende medemens.
We kunnen slechts bidden om de gave dat ook wij, al is het pas achteraf,
in onze medemens de levende Christus ontdekken,
bestemd om te leven midden onder ons en vlakbij God zijn Vader.
Een zalig gevoel geeft het om gelovig te weten dat die bestemming ook ons wacht.
.
Zalig Pasen!
L. Donkers, Diaken.